Doorgaan naar hoofdcontent

Een vliegveld met gazonnetjes IV (slot)

Wat is het levensverhaal van H.G. Gaborsze, de echtgenoot van mevrouw J. Heuvel? Het kaartje van hun kinderen Willem en Ria uit 1924 is het enige dat aan beiden is geadresseerd: 'den heer en mevrouw H.G. Gaborsze'. Ria's kaarten uit de jaren vijftig en zestig zijn heel soms verstuurd aan mevr. J. Heuvel-Gaborsze, net als een paar andere kaarten van onbekende afzenders, maar meneer zelf komt in het verhaal verder niet voor. Zijn naam doet een Hongaar vermoeden. Een vluchteling uit de Eerste Wereldoorlog? Is hij overleden? In de Tweede Wereldoorlog? Hoe dan? Of zijn ze gescheiden? Nee, dan had ze zijn naam niet gehouden. De kaarten zwijgen.

Mevrouw J. leefde in de jaren vijftig alleen. Misschien is ze na het verdwijnen van meneer Gaborsze wel begonnen met de plastictassenhandel, om in haar onderhoud te voorzien. En is Ria bij haar in de zaak komen werken.

Over wie de kaarten wel spreken is Willem, de broer van Ria. Een kaartje uit 1964 aan mevrouw J. Heuvel-Gaborsze, Groeten uit Noordwijk aan Zee: 'Hartelijke groeten van' (rond meisjeshandschrift) 'Willem en Anna' (volwassen handschrift), 'Mark' (kinderhandschrift), 'Carolien' (rond meisjeshandschrift). Zo te zien is Willem dus in die tijd getrouwd met Anna en hebben ze twee kinderen, Mark en Carolien. Carolien met haar ronde handschrift heeft het initiatief genomen voor de kaart aan oma. Ze laat pa of ma ondertekenen namens de ouders, haar broertje kan zijn naam al schrijven. Ze zet het adres in Amsterdam erop en met een postzegel van 8 cent erop verdwijnt de kaart in de bus bij de ingang van de camping.

Dan twee jaar later, juli 1966. Drie ansichten met Zwitserse alpenlandschappen van Carolien (eentje met heel klein 'en Mark' onderaan de lange boodschap). Gericht aan 'Lieve Oma en Tante Riek'.

Mevrouw J. Heuvel woont opeens samen met dochter Ria. Het is het adres van mevrouw J., dus Ria is bij haar ingetrokken. Ze waren al zakenpartners, nu zijn ze ook huisgenoten.

Waarom? Misschien was mevrouw J. hulpbehoevend geworden. Ria is blijkbaar vrijgezel gebleven - misschien vond ze het gewoon gezellig bij haar moeder, was het huis groot genoeg voor twee. Misschien gingen de zaken wel slecht en was Ria's verhuizing een bezuinigingsmaatregel. Er is van alles te verzinnen.

Een van de alpenkaartjes van kleindochter en nichtje Carolien werpt me weer terug in het verleden:
'Vanmiddag (vrijdag) gaan we een autotochtje maken. Misschien gaan we nog naar Italie. Het weer is niet erg mooi. Gisteren was het ook al niet erg mooi. Eergisteren zijn we naar het Engadindal gereden waar onze voorouders, van mama's kant, vandaan komen. Het was daar erg mooi. We hebben ook een bierbrouwerij bekeken. Erg interessant. We kregen tot slot 6 flessen bier en 2 glazen mee. Hartelijke groeten Carolien.'

De Zwitserse voorouders van de moeder van Carolien, Anna dus, weer een heel verhaal om bij elkaar te fantaseren.

De laatste kaart. Het is november 1998, het einde van de eeuw nadert. Carolien stuurt een bericht aan 'lieve mama' mevrouw A. Heuvel te Amsterdam.



'Lieve mama, nog een avondje in Las Vegas en dan zit het er weer op hier, want morgen vertrek ik naar Houston. Drie dagen op een beurs is behoorlijk vermoeiend, maar het was toch wel leuk allemaal. Er zijn ook ieder jaar weer nieuwe attracties, het een nog mooier en grootser dan het ander. Hopelijk is het weer in Houston ook net zo goed als het hier was. Alles goed bij jullie? Kusjes Carolien.'

Opnieuw van dochter aan moeder, opnieuw een bezoek aan een beurs - zou Carolien ook in plastic tassen handelen?

Reacties

Populaire posts van deze blog

Voetballen in het verzorgingstehuis

In de jaren tachtig lag mijn oma op een zaal in een 'verzorgingstehuis'. Elke zondagmiddag gingen we met het hele gezin op bezoek. Bij mooi weer maakten we een wandeling in de tuin. (klik om te vergroten) Nee, niet in Spierdijk, niet bij bejaardencentrum ' 't Oeverland'. Maar ik moest wel aan de zondagse wandelingen denken toen ik deze kaart vond. Het gazon, het paadje met de paaltjes, die lage lampen, de dunne boompjes en natuurlijk, helemaal links, de oranje zonweringen, zo was het bij ons in Apeldoorn ook. Mijn broer en ik rennen over het gras, mijn moeder duwt de rolstoel van mijn oma, mijn vader slentert mee. Zou mijn oma voor zeg haar vijftigste ooit rekening hebben gehouden met de mogelijkheid dat ze in een bejaardentehuis, en daarna in een verzorgingstehuis terecht zou komen? Hoe zag voor een meisje uit het begin van de eeuw, zoals op deze kaart... (klik om te vergroten) ... of op deze... (klik om te vergroten) ... de verre toekoms

Post van de dictator

Post is het ideale middel om te laten zien wie er de baas is. Mensen laten elke dag wel enveloppen en pakketjes door hun handen gaan. Vrijwel ongemerkt glijdt hun blik dan even over de postzegels. En wie zien ze daar: de koningin, de president, de dictator. Een paar jaar geleden was ik in Libiƫ. Daar kon je in kleine winkeltjes naar postzegels vragen en dan kwam de verkoper op de proppen met vellen vol prachtige afbeeldingen. Ware kunstwerkjes: hele schilderijen ontvouwden zich over meerdere postzegels. Zonde om ze uit te scheuren. Held op al die platen: kolonel Khadaffi. (klik op de plaatjes om te vergroten) Deze is in 1983 gemaakt ter ere van de 14e verjaardag van de revolutie van 1 september. Khadaffi omringd door zijn vrouwelijke lijfwacht. Hij deelt diploma's uit. Op de achtergrond een Russische Katusha-raketwerper. Prachtig, huiveringwekkend. In april 1986 liet president Reagan Libiƫ bombarderen, waarbij een dochtertje van Khadaffi omkwam. Vereeuwigd op een postzegel

Het jaar 1945 volgens Ian Buruma

Ian Buruma laat in zijn geschiedenis van het jaar 1945 zien dat de Tweede Wereldoorlog een cesuur in onze geschiedenis aanbracht. door Henk van Renssen in Vrij Nederland 40, 5 oktober 2013 Dat heel Europa vlak na de bevrijding in 1945 ‘een groot matras’ was waar ‘alles zoop en naaide’, zoals Remco Campert schreef in zijn beroemde gedicht ‘Niet te geloven’, blijkt niet alleen een dichterlijke, maar ook een historische waarheid te zijn. In zijn nieuwe boek 1945 wijt de Nederlands-Britse historicus Ian Buruma zijn hele eerste hoofdstuk aan de seksuele uitspattingen die dat bewuste jaar volgden op de komst van de geallieerden in Europa en Japan. Zelfs voormalige concentratiekampen als Bergen-Belsen, schrijft hij, waar uitgemergelde ex-gedetineerden tussen de opgestapelde lijken wachtten op terugkeer naar huis, waren al snel ‘plekken van koortsachtige seksuele activiteit geworden’. Is dat belangrijk om te weten? Wel in het verhaal van Buruma. De befaamde journalist, histor