Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

De omstanders bij de Holocaust

Wegkijken, verdraaien en ramen dicht Hebben echt zoveel mensen in de oorlog ‘nichts gewusst’ van de Holocaust? Drie historici spitten in het selectieve geheugen van daders die zich omstanders waanden en omstanders die keuzes moesten maken. door Henk van Renssen in Vrij Nederland 41, 2013 Ik was tot diep in de avond op kantoor aan het werk. Ik was op vakantie. Ik deed toen even iets anders. Ik zat thuis met een griepje. Ik was naar de bruiloft van mijn zoon. Het gebeurde nét nadat ik was overgeplaatst. Zomaar een paar van de verhaaltjes die ex-nazi’s na de oorlog vertelden als hun werd gevraagd waar ze waren geweest op een bepaald heikel moment in de Tweede Wereldoorlog. Het is dus niet helemaal waar, schrijft de Britse hoogleraar Duitse geschiedenis Mary Fulbrook in haar boeiende studie Een kleine stad bij Auschwitz. Gewone nazi’s en de Holocaust, dat de duizenden lagere ambtenaren en plaatselijke bestuurders die de ruggengraat vormden van het civiele bestuur in

Het jaar 1945 volgens Ian Buruma

Ian Buruma laat in zijn geschiedenis van het jaar 1945 zien dat de Tweede Wereldoorlog een cesuur in onze geschiedenis aanbracht. door Henk van Renssen in Vrij Nederland 40, 5 oktober 2013 Dat heel Europa vlak na de bevrijding in 1945 ‘een groot matras’ was waar ‘alles zoop en naaide’, zoals Remco Campert schreef in zijn beroemde gedicht ‘Niet te geloven’, blijkt niet alleen een dichterlijke, maar ook een historische waarheid te zijn. In zijn nieuwe boek 1945 wijt de Nederlands-Britse historicus Ian Buruma zijn hele eerste hoofdstuk aan de seksuele uitspattingen die dat bewuste jaar volgden op de komst van de geallieerden in Europa en Japan. Zelfs voormalige concentratiekampen als Bergen-Belsen, schrijft hij, waar uitgemergelde ex-gedetineerden tussen de opgestapelde lijken wachtten op terugkeer naar huis, waren al snel ‘plekken van koortsachtige seksuele activiteit geworden’. Is dat belangrijk om te weten? Wel in het verhaal van Buruma. De befaamde journalist, histor

Dromers van Nederland

15 december 2013 - Deze week verdedigde Rutger Bregman in zijn column in de Volkskrant het recht om te mogen dromen, tegen alle praktische bezwaren in. Hij kreeg ook net de Liberales-prijs voor het beste Nederlandstalige non-fictieboek van 2013, De geschiedenis van de vooruitgang. Hier een stuk dat ik in april schreef over Bregmans boek en dat van zijn mededromer Thijs Kleinpaste, over de vraag of (ik) dat nog kan: dromen. door Henk van Renssen, verschenen in Vrij Nederland 16, 20 april 2013 Er was iets met het meisje achter de kassa. Ik had het in eerste instantie niet door, ik stond in de rij bij de Hema van Amsterdam-Oost, ik was moe, ze verscheen en verdween weer achter de ongeduldig stedelingen voor me. Het was n iet haar hoofddoekje en het was ook niet haar lach, hoewel ik dat even dacht. Zo blij zie je ze op dit tijdstip niet vaak, ook caissières worden moe. Maar die vrolijkheid trok mijn aandacht. Toen zag ik het: ze droeg een oranje kroontje, een plastic or

Marketingwijsheden

Waarom mensen liever naar een vol restaurant gaan Hoogleraar marketing Jonah Berger kwam op zes voorwaarden voor een geslaagde campagne. Een grappig, inspirerend, cynisch en verontrustend inkijkje in onszelf. door Henk van Renssen, in Vrij Nederland 16, 2013 Niemand denkt nog dat consumeren slechts een kwestie is van een rationale afweging van prijs en kwaliteit, maar toch is het behoorlijk schrikken om te lezen hoezeer het beest in de mens de touwtjes in handen heeft. Tegelijkertijd is het bijzonder inspirerend om in hetzelfde boek, Contagious van hoogleraar marketing Jonah Berger, van allerlei tips te worden voorzien om dat beest te voeden, dat wil zeggen om veelvuldig geretweet te worden, gekozen als politicus of rijk met de verkoop van luiers. Maar het is natuurlijk wel te gek voor woorden hoe cynisch zo’n professor doet over het keuzegedrag van mensen: doet het product zelf er dan werkelijk niet toe? Is de verpakking de enige boodschap? Kortom, Contag

Het gordijn in ons hoofd

Anne Applebaum is een Amerikaanse journaliste, schrijfster en columniste voor de Washington Post , die bekend werd met een boek over de Russische Goelag (zie allemaal www.anneapplebaum.com ). Onlangs publiceerde ze Iron Curtain, over de eerste jaren achter het IJzeren Gordijn. Dit is mijn artikel over dat boek, dat verscheen in de Vrij Nederland van 2 maart (de kaart van de Berlijnse muur is van mezelf). Volgens mij zit het 'Oost-Europa' dat in die jaren ontstond, nog altijd in ons hoofd.  door Henk van Renssen Wie meer inzicht wil krijgen in Polen-meldpunten en de toekomst van Europa, kan veel leren van het nieuwe boek van de Amerikaanse historica en journaliste Anne Applebaum: IJzeren gordijn. De inlijving van Oost-Europa 1944-1956 . En dat terwijl die onderwerpen er niet in worden genoemd. IJzeren gordijn is namelijk een vrij strikt historisch boek. Heel boeiend geschreven, dat zeker, maar het beperkt zich vrijwel volledig tot een gedetailleerde reconstructie van d

Blauwe lippen

Kun je verliefd worden op vrouw op een foto van meer dan honderd jaar oud? De verzamelaar had nog nooit over die vraag nagedacht. Maar als je het hem had gevraagd, had hij geantwoord: natuurlijk niet. Je kunt haar verschrikkelijk mooi vinden, misschien zelfs wensen dat ze nog had geleefd, maar verliefd worden? Nee. Tot hij die ene fotokaart uit een doosje op de rommelmarkt haalde. Hij wist het meteen: dit was de vrouw met wie hij zijn leven wilde delen. Onwrikbaar nestelde dat besef zich in zijn binnenste. Waarom? Hij wist het niet, en het maakte hem niks uit. Ze keek hem niet eens aan. Was ze een danseres geweest? Een toneelspeelster? Waar keek ze naar? Waar kwam ze vandaan? Wie was ze? Hij moest het weten. Hij keek achterop de kaart. Een bericht, door haar geschreven letters. Hitte steeg naar zijn hoofd. In het Frans, aan een dr. Simon, Rue des Martyrs 12, Paris. Gestempeld: 3 augustus 1911. ‘Mon cher Antoine’, dat kon hij nog ontcijferen. Hij sprak een beetje Frans, thuis

Lof der eurocraten

Mijn artikel over het essay Der Europäische Landbote van de Oostenrijkse schrijver Robert Menasse. Dit stuk verscheen in de Vrij Nederland van 9 februari 2013. Robert Menasse toog naar Brussel en schreef een verrassend, tegendraads essay over de EU: een transparant, helemaal niet duur instituut waarin hardwerkende, verlichte ambtenaren kleinzielige nationale belangen overstijgen. door Henk van Renssen Dat Jeroen Dijsselbloem voorzitter is geworden van de Eurogroep, de ‘invloedrijke’ vergadering van de ministers van Financiën van de EU-lidstaten, is ‘goed voor Nederland’, zo klonk de afgelopen weken alom. Maar wat betekent dat eigenlijk in deze context, ‘goed voor Nederland’? Worden er dan Nederlandse belangen behartigd die anders niet behartigd zouden worden? En is goed voor Nederland ook goed voor Europa? Of hoeft dat niet, gaat het er simpelweg om zoveel mogelijk voor jezelf weg te slepen uit de Europese ruif, is Dijsselbloem niet meer dan de nieuwste Nederlandse aanvoe