Doorgaan naar hoofdcontent

De taille van de danseres


(klik om te vergroten)


Wie was dit meisje? Is zij nou wat ze noemen een cancan girl(*)? Werkte ze bij de Moulin Rouge of zoiets? Achterop de fotokaart staat niks. Ik zie haar zo in een rij vrouwen staan, veren op hun hoofd, de benen synchroon omhoog zwiepend - zoals in de strips van Lucky Luke. Alleen, ze kijkt niet verleidelijk, zoals je zou verwachten, maar een beetje onzeker, naïef. Aan dat babyvet op haar gezicht te zien is ze ook erg jong, een jaar of 17. En waarom heeft de fotograaf haar opzij laten kijken, en niet recht in de camera? Worden we gevraagd naar haar te kijken en haar te bewonderen, maar op afstand te blijven?
Ik vind het ook een prachtig gemaakte foto. De kleine sieraden op haar jurk die oplichten; de brede zwarte band die de blik naar haar blote been leidt; de armen half in de lucht die naar haar gezicht wijzen. Als je goed kijkt zie je dat ze een lorgnet, een klein brilletje, in haar linkerhand houdt. Waar zou dat voor hebben gediend. Misschien wisten de mensen die in haar tijd (begin twintigste eeuw maar ik zou niet weten wanneer precies) deze foto zagen, onmiddellijk in welk variété-stuk zij optrad. Misschien was ze wel beroemd...
Toch was de fotograaf niet tevreden. Een perfectionist. Op het negatief heeft hij haar taille bijgewerkt.





Het scheelt niet veel. Eigenlijk zag ze er, na een beetje photoshoppen, dus zo uit:



(*) Cancan staat in de Van Dale omschreven als: 'Populaire revuedans met veel vertoon van frou-frou.'
Frou-frou?
De Van Dale weer: 'Vertoon van ritselende (kanten of zijden) onderkleren.'
Hoe zou dit meisje geritseld hebben?

Reacties

Populaire posts van deze blog

Voetballen in het verzorgingstehuis

In de jaren tachtig lag mijn oma op een zaal in een 'verzorgingstehuis'. Elke zondagmiddag gingen we met het hele gezin op bezoek. Bij mooi weer maakten we een wandeling in de tuin. (klik om te vergroten) Nee, niet in Spierdijk, niet bij bejaardencentrum ' 't Oeverland'. Maar ik moest wel aan de zondagse wandelingen denken toen ik deze kaart vond. Het gazon, het paadje met de paaltjes, die lage lampen, de dunne boompjes en natuurlijk, helemaal links, de oranje zonweringen, zo was het bij ons in Apeldoorn ook. Mijn broer en ik rennen over het gras, mijn moeder duwt de rolstoel van mijn oma, mijn vader slentert mee. Zou mijn oma voor zeg haar vijftigste ooit rekening hebben gehouden met de mogelijkheid dat ze in een bejaardentehuis, en daarna in een verzorgingstehuis terecht zou komen? Hoe zag voor een meisje uit het begin van de eeuw, zoals op deze kaart... (klik om te vergroten) ... of op deze... (klik om te vergroten) ... de verre toekoms

Post van de dictator

Post is het ideale middel om te laten zien wie er de baas is. Mensen laten elke dag wel enveloppen en pakketjes door hun handen gaan. Vrijwel ongemerkt glijdt hun blik dan even over de postzegels. En wie zien ze daar: de koningin, de president, de dictator. Een paar jaar geleden was ik in Libië. Daar kon je in kleine winkeltjes naar postzegels vragen en dan kwam de verkoper op de proppen met vellen vol prachtige afbeeldingen. Ware kunstwerkjes: hele schilderijen ontvouwden zich over meerdere postzegels. Zonde om ze uit te scheuren. Held op al die platen: kolonel Khadaffi. (klik op de plaatjes om te vergroten) Deze is in 1983 gemaakt ter ere van de 14e verjaardag van de revolutie van 1 september. Khadaffi omringd door zijn vrouwelijke lijfwacht. Hij deelt diploma's uit. Op de achtergrond een Russische Katusha-raketwerper. Prachtig, huiveringwekkend. In april 1986 liet president Reagan Libië bombarderen, waarbij een dochtertje van Khadaffi omkwam. Vereeuwigd op een postzegel

Het jaar 1945 volgens Ian Buruma

Ian Buruma laat in zijn geschiedenis van het jaar 1945 zien dat de Tweede Wereldoorlog een cesuur in onze geschiedenis aanbracht. door Henk van Renssen in Vrij Nederland 40, 5 oktober 2013 Dat heel Europa vlak na de bevrijding in 1945 ‘een groot matras’ was waar ‘alles zoop en naaide’, zoals Remco Campert schreef in zijn beroemde gedicht ‘Niet te geloven’, blijkt niet alleen een dichterlijke, maar ook een historische waarheid te zijn. In zijn nieuwe boek 1945 wijt de Nederlands-Britse historicus Ian Buruma zijn hele eerste hoofdstuk aan de seksuele uitspattingen die dat bewuste jaar volgden op de komst van de geallieerden in Europa en Japan. Zelfs voormalige concentratiekampen als Bergen-Belsen, schrijft hij, waar uitgemergelde ex-gedetineerden tussen de opgestapelde lijken wachtten op terugkeer naar huis, waren al snel ‘plekken van koortsachtige seksuele activiteit geworden’. Is dat belangrijk om te weten? Wel in het verhaal van Buruma. De befaamde journalist, histor